Rendez-vous à Taghia 2014
Ik zit in de trein en kijk door de ramen naar buiten. Ik zie het landschap voorbij gaan, maar mijn gedachten zijn ergens anders. Ik laat alles voor een maand achter me. Mijn scriptie, mijn werk en Marit. Er is een groot avontuur opkomst. Dan kijk ik naar alle bagage. Wat ontzettend veel. Op naar Eindhoven, waar het vliegtuig naar Marokko op ons wacht. Op naar onze rendez-vous met Taghia, Saïd, de ezels en de Marokkaanse cultuur. Het doel...: Routes openen en een aantal herhalingen van bestaande routes.
In Marrakesh verblijven we in een prachtig hotel, aangeboden door Maroc Travel. Hier mogen we acclimatiseren aan de cultuur en de laatste voorbereidingen doen voor ons verblijf in het paradijs. Al snel hebben we een busticket geregeld en wat tochtenvoer gescoord. Helaas blijkt de volgende dag dat we toch opgelicht zijn met het buskaartje en na heel wat onderhandelingen en wachten, rijdt de bus 3 uur te laat richting Azilal. Helaas redden we het niet om nog door te reizen naar Zaouia Ahansal. Ook de volgende dag bestaat uit wachten totdat we onze reis voort kunnen zetten, maar na het middaguur rijden we in de mini bus weg. Op naar het Atlas gebergte.
In Marrakesh verblijven we in een prachtig hotel, aangeboden door Maroc Travel. Hier mogen we acclimatiseren aan de cultuur en de laatste voorbereidingen doen voor ons verblijf in het paradijs. Al snel hebben we een busticket geregeld en wat tochtenvoer gescoord. Helaas blijkt de volgende dag dat we toch opgelicht zijn met het buskaartje en na heel wat onderhandelingen en wachten, rijdt de bus 3 uur te laat richting Azilal. Helaas redden we het niet om nog door te reizen naar Zaouia Ahansal. Ook de volgende dag bestaat uit wachten totdat we onze reis voort kunnen zetten, maar na het middaguur rijden we in de mini bus weg. Op naar het Atlas gebergte.
Na het openen van Asgare Ossaime (300m, 6c max.) en het herhalen van verschillende reeds geopende routes, is het tijd voor een nieuw avontuur in de Atlas. Aan het begin van de kloof schijnt nog ontzettend veel potentieel te zijn. Na wat uitzoek werk in Nederland blijken er slechts een handje vol routes te zijn geopend in dit gedeelte van de kloof.
Met een ezel, een ezeldrijver en net iets te veel bagage voor de ezel, lopen we omhoog. Om het begin van de kloof te bereiken moeten we een hele dag lopen. In het begin lopen we nog door de akkers van de boeren. Deze lopen door tot aan de col. Als de geitenhoeder, die met ons meeliep, afscheid van ons neemt is het landschap dor en droog. Over een pad door de puinhelling lopen we naar de top van de Jbel Timghazine. We nemen hier een lunchpauze en zien het weer langzaam veranderen, maar nemen het uitzicht over het Atlas gebergte, goed in ons op. Aan de andere kant van de top is een glooiende hoogvlakte. Het ziet er verlaten en wijds uit, maar niets blijkt minder waar. Wanneer we onze afdaling inzetten blijkt al snel dat deze hoogvlakte word bewoont door de geiten en schapenhoeders. Nog even worden we belaagd door zeer agressieve honden die hun territorium beschermen, maar gelukkig heeft de ezeldrijver ook een zeer moedige hond mee die ons weer beschermt. Als we aan het begin van de kloof zijn, ontstaat er wat miscommunicatie met de ezeldrijver over onze eindbestemming, maar gelukkig is Niek scherp genoeg om de locatie van ons kampje te bepalen. Tegenover de grotten van de geiten- en schapenhoeders! De ezeldrijver overlegt met hun of zij het goed vinden als wij daar een paar dagen slapen. Dan loopt hij terug naar Taghia en plots zitten Niek en ik in het afgelegen kamp naast onze tent. Overgeleverd aan onze voorraden en gebrekkige informatie.
Na het bijkomen van de wandeling, lopen we ter oriëntatie de kloof in. Het is een kwestie van de rivier naar beneden volgen. We passeren doden geiten die in de kloof zijn gevallen en de wanden worden steeds hoger. Totaal onder de indruk lopen we van bocht naar bocht in afwachting wat er weer zal volgen. Het pad wordt steeds lastiger en het lopen heeft plaats gemaakt voor klauteren. Welke kant van het blok moeten we hebben? Links? Rechts? Bovenlangs? Nee, we moeten er onderdoor. Een doolhof tussen rotsblokken, een rivier en de soms heel erg nauw wordende kloof is het. Maar we hebben wel een lijn gespot. Een spleetsysteem tot aan de top! Dit gaat hem worden.
Als we ons avondmaal op hebben komen de geiten- en schapenhoeders terug van hun dagronde. Een waar spektakel om te aanschouwen hoe honderden schapen en geiten naar hun nachtverblijf worden geleid door een paar mensen. Dit ken ik slechts van cultuur films... Maar dit is vele malen beter. 'Hey Niek! We zitten hier echt eerste rang te genieten van dit schouwspel hè? Dit is echt!' Een man van de nomaden is nogal nieuwsgierig naar ons, maar hij spreekt slechts Berbers. En wij spreken geen woord Berbers. 'Taghia, Taghia' zegt hij en maakt klimbewegingen. We proberen hem duidelijk te maken dat we maar een paar dagen hier zijn en dan inderdaad weer terug gaan naar Taghia. Maar het komt niet over. Met een vriendelijke lach neemt hij afscheid van ons en loopt terug naar zijn grot.
Vroeg in de ochtend beginnen we aan de eerste lengte. De lengte is vochtig en enigszins begroeit, maar het is fantastisch spleetklimmen. Het dakje blijkt wat lastiger te zijn dan voorzien, maar na wat puzzelen kom ik er toch overheen. Er lopen twee spleten verder en ik moet een keuze maken. De rechter ziet er wat makkelijker uit en verkies deze. Wanneer ik het touw bijna opgeklommen heb, kom ik in een soort van grotje terecht. Een perfecte plek voor een standplaats, maar weinig mogelijkheden om iets stevigs in elkaar te klussen. Wat ongemakkelijk zeker ik Niek na en besluiten hier een haak te plaatsen. Wat een harde rots hier! En afwisselend boren we een gat met een handboor voor onze haak. Na een half uur zit de haak er dan eindelijk in.
Lengte twee begint door een overhangende spleet. De rots is van erg slechte kwaliteit en de meeste voet treden breken af als je ze ligt aanraakt, maar toch vind ik mijn weg over deze overhang heen en een fantastische schoorsteen is wat volgt. Als ik een aantal meter in de schoorsteen zit begin ik toch wel te verlangen naar een goede tussenzekering, maar deze zijn erg schaars in deze lengte. Gespannen klim ik door. Af en toe draai ik me om, opzoek naar tussenzekeringen en om de andere zijde van mijn lichaam weer wat te laten herstellen. 'In een schoorsteen val je niet, Karel', zeg ik me zelf om wat moed in te praten. 'Maar het wordt zo langzamerhand ook wel weer tijd voor een standplaats', gaat er door mijn gedachten. Rustig en zoekend klim ik door. Dan is de spleet dicht gegroeid met een verschrikkelijk vervelende prikplant. Ik zie geen mogelijkheid om er langs te klimmen en mijn tussenzekeringen zitten laag onder mij. 'Naja dan zit er niets anders op, ik moet er door heen.' Gelukkig vind ik precies hierboven een perfecte plek om een standplaats op te zetten en dat terwijl er nog slechts een paar meter touw over is. Soms is het een wonder wat de natuur je allemaal biedt.
Met een korte lengte naar de band en een tweede lengte over de band heen, komen we bij het tweede gedeelte van de route. Nu gaat Niek de offwith (een spleet die te breed is om met de vuist te verklemmen) in. De trukendoos gaat open en Niek klimt de lengte. Wederom zijn de afzeker-mogelijkheden beperkt. Maar het is wel fantastisch klimmen. Dan moet ik weer... De offwith loopt uit in een schoorsteen. Een enorme klemsteen moet ik passeren. Wanneer ik hier boven op sta, kom ik in een enorme vogelnest uit. Er zit een enorme hoeveelheid vogel poep aan de wanden en de schoorsteen is te wijt om te klimmen. Ik zoek naar de afzeker-mogelijkheden, maar ik zie ze niet. De twijfel begint te overheersen. 'Is dit te beklimmen?' Na de vorige lengtes ben ik mentaal ook redelijk vermoeid. Ik roep naar Niek om te overleggen. 'Dit gaat hem voor mij niet meer worden... ik... ik durf het niet!' Na nog wat twijfels besluiten we te gaan abseilen... In het donker komen we onderaan de route. Nu een half jaar later twijfel ik nog steeds of het de juiste beslissing was. Had ik niet nog een beetje extra moeten aanzetten? Waarom heb ik niet een paar meter geprobeerd? Maar ja het besluit was genomen en de route hebben we onafgemaakt achter ons laten liggen.
Terug in Taghia realiseren we ineens dat Taghia, kloof betekend in het Berbers. Dat bedoelde de vriendelijke Berber bij ons kampje dus... En ja we hebben inderdaad geklommen en heel wat avonturen beleeft in de kloof.
Met een ezel, een ezeldrijver en net iets te veel bagage voor de ezel, lopen we omhoog. Om het begin van de kloof te bereiken moeten we een hele dag lopen. In het begin lopen we nog door de akkers van de boeren. Deze lopen door tot aan de col. Als de geitenhoeder, die met ons meeliep, afscheid van ons neemt is het landschap dor en droog. Over een pad door de puinhelling lopen we naar de top van de Jbel Timghazine. We nemen hier een lunchpauze en zien het weer langzaam veranderen, maar nemen het uitzicht over het Atlas gebergte, goed in ons op. Aan de andere kant van de top is een glooiende hoogvlakte. Het ziet er verlaten en wijds uit, maar niets blijkt minder waar. Wanneer we onze afdaling inzetten blijkt al snel dat deze hoogvlakte word bewoont door de geiten en schapenhoeders. Nog even worden we belaagd door zeer agressieve honden die hun territorium beschermen, maar gelukkig heeft de ezeldrijver ook een zeer moedige hond mee die ons weer beschermt. Als we aan het begin van de kloof zijn, ontstaat er wat miscommunicatie met de ezeldrijver over onze eindbestemming, maar gelukkig is Niek scherp genoeg om de locatie van ons kampje te bepalen. Tegenover de grotten van de geiten- en schapenhoeders! De ezeldrijver overlegt met hun of zij het goed vinden als wij daar een paar dagen slapen. Dan loopt hij terug naar Taghia en plots zitten Niek en ik in het afgelegen kamp naast onze tent. Overgeleverd aan onze voorraden en gebrekkige informatie.
Na het bijkomen van de wandeling, lopen we ter oriëntatie de kloof in. Het is een kwestie van de rivier naar beneden volgen. We passeren doden geiten die in de kloof zijn gevallen en de wanden worden steeds hoger. Totaal onder de indruk lopen we van bocht naar bocht in afwachting wat er weer zal volgen. Het pad wordt steeds lastiger en het lopen heeft plaats gemaakt voor klauteren. Welke kant van het blok moeten we hebben? Links? Rechts? Bovenlangs? Nee, we moeten er onderdoor. Een doolhof tussen rotsblokken, een rivier en de soms heel erg nauw wordende kloof is het. Maar we hebben wel een lijn gespot. Een spleetsysteem tot aan de top! Dit gaat hem worden.
Als we ons avondmaal op hebben komen de geiten- en schapenhoeders terug van hun dagronde. Een waar spektakel om te aanschouwen hoe honderden schapen en geiten naar hun nachtverblijf worden geleid door een paar mensen. Dit ken ik slechts van cultuur films... Maar dit is vele malen beter. 'Hey Niek! We zitten hier echt eerste rang te genieten van dit schouwspel hè? Dit is echt!' Een man van de nomaden is nogal nieuwsgierig naar ons, maar hij spreekt slechts Berbers. En wij spreken geen woord Berbers. 'Taghia, Taghia' zegt hij en maakt klimbewegingen. We proberen hem duidelijk te maken dat we maar een paar dagen hier zijn en dan inderdaad weer terug gaan naar Taghia. Maar het komt niet over. Met een vriendelijke lach neemt hij afscheid van ons en loopt terug naar zijn grot.
Vroeg in de ochtend beginnen we aan de eerste lengte. De lengte is vochtig en enigszins begroeit, maar het is fantastisch spleetklimmen. Het dakje blijkt wat lastiger te zijn dan voorzien, maar na wat puzzelen kom ik er toch overheen. Er lopen twee spleten verder en ik moet een keuze maken. De rechter ziet er wat makkelijker uit en verkies deze. Wanneer ik het touw bijna opgeklommen heb, kom ik in een soort van grotje terecht. Een perfecte plek voor een standplaats, maar weinig mogelijkheden om iets stevigs in elkaar te klussen. Wat ongemakkelijk zeker ik Niek na en besluiten hier een haak te plaatsen. Wat een harde rots hier! En afwisselend boren we een gat met een handboor voor onze haak. Na een half uur zit de haak er dan eindelijk in.
Lengte twee begint door een overhangende spleet. De rots is van erg slechte kwaliteit en de meeste voet treden breken af als je ze ligt aanraakt, maar toch vind ik mijn weg over deze overhang heen en een fantastische schoorsteen is wat volgt. Als ik een aantal meter in de schoorsteen zit begin ik toch wel te verlangen naar een goede tussenzekering, maar deze zijn erg schaars in deze lengte. Gespannen klim ik door. Af en toe draai ik me om, opzoek naar tussenzekeringen en om de andere zijde van mijn lichaam weer wat te laten herstellen. 'In een schoorsteen val je niet, Karel', zeg ik me zelf om wat moed in te praten. 'Maar het wordt zo langzamerhand ook wel weer tijd voor een standplaats', gaat er door mijn gedachten. Rustig en zoekend klim ik door. Dan is de spleet dicht gegroeid met een verschrikkelijk vervelende prikplant. Ik zie geen mogelijkheid om er langs te klimmen en mijn tussenzekeringen zitten laag onder mij. 'Naja dan zit er niets anders op, ik moet er door heen.' Gelukkig vind ik precies hierboven een perfecte plek om een standplaats op te zetten en dat terwijl er nog slechts een paar meter touw over is. Soms is het een wonder wat de natuur je allemaal biedt.
Met een korte lengte naar de band en een tweede lengte over de band heen, komen we bij het tweede gedeelte van de route. Nu gaat Niek de offwith (een spleet die te breed is om met de vuist te verklemmen) in. De trukendoos gaat open en Niek klimt de lengte. Wederom zijn de afzeker-mogelijkheden beperkt. Maar het is wel fantastisch klimmen. Dan moet ik weer... De offwith loopt uit in een schoorsteen. Een enorme klemsteen moet ik passeren. Wanneer ik hier boven op sta, kom ik in een enorme vogelnest uit. Er zit een enorme hoeveelheid vogel poep aan de wanden en de schoorsteen is te wijt om te klimmen. Ik zoek naar de afzeker-mogelijkheden, maar ik zie ze niet. De twijfel begint te overheersen. 'Is dit te beklimmen?' Na de vorige lengtes ben ik mentaal ook redelijk vermoeid. Ik roep naar Niek om te overleggen. 'Dit gaat hem voor mij niet meer worden... ik... ik durf het niet!' Na nog wat twijfels besluiten we te gaan abseilen... In het donker komen we onderaan de route. Nu een half jaar later twijfel ik nog steeds of het de juiste beslissing was. Had ik niet nog een beetje extra moeten aanzetten? Waarom heb ik niet een paar meter geprobeerd? Maar ja het besluit was genomen en de route hebben we onafgemaakt achter ons laten liggen.
Terug in Taghia realiseren we ineens dat Taghia, kloof betekend in het Berbers. Dat bedoelde de vriendelijke Berber bij ons kampje dus... En ja we hebben inderdaad geklommen en heel wat avonturen beleeft in de kloof.
Daarnaast hebben Niek en ik nog vele andere routes gedaan en geprobeerd. We hebben wederom een fantastisch tijd gehad, maar helaas ook wat mindere tijden (cosmic roof). Hieronder een foto impressie van onze tijd in Taghia.